De nieuwe Arbowet en bijbehorende boetes

Om werkgevers en werknemers meer te betrekken bij het arbobeleid is de Arbeidsomstandighedenwet (Arbowet) met ingang van 1 juli 2017 veranderd. Nu, bijna één jaar later, is het zogenaamde “overgangsjaar” voorbij en moet het Arbobeleid van organisaties op orde zijn. Als dit niet het geval is, kan de Inspectie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (hierna: “Inspectie SZW”) flinke boetes opleggen.


Allereerst, wat zijn de grootste veranderingen?

  1. De bedrijfsarts krijgt een grotere rol
    Zo heeft de arts bijvoorbeeld meer ruimte om over preventieve maatregelen te adviseren en worden werkgever en werknemer samen verantwoordelijk voor uitvoering van de adviezen. Ook zal de bedrijfsarts meer aandacht besteden aan beroepsziekten en zal de arts deze melden aan het Nederlands Centrum voor Beroepsziekten.
  2. Meer aandacht voor preventie
    De rol van de preventiemedewerker wordt groter. Zo wordt de preventiemedewerker een vast onderdeel van het contract met de arbodienst, en zal hij nieuwe vaardigheden leren beheersen om zaken als werkdruk, overbelasting en gezondheidsrisico’s aan te pakken. Het doel is om verzuimbeheersing te vervangen door verzuimpreventie. Ook zal de ondernemingsraad nauw samenwerken met de preventiemedewerker.
  3. Meer zeggenschap voor de werknemer
    Maar ook de medewerker krijgt meer te zeggen. Zo kan hij indien hij twijfelt aan de juistheid van het door de bedrijfsarts gegeven advies, een second opinion van een andere bedrijfsarts aanvragen. Bedrijfsartsen moeten zo’n verzoek altijd honoreren, tenzij er zwaarwegende argumenten zijn om het niet te doen. De second opinion wordt door de werkgever betaald.

Wat moet een werkgever nu doen?

Werkgevers moeten de afspraken over de arbodienstverlening vastleggen in een basiscontract. Indien zij dit niet doen, kan de Inspectie SZW een sanctie opleggen. Werkgevers dienen hun huidige contract te scannen op de gerichte aanpak van preventie. Welke stappen bewandelt de bedrijfsarts om de veiligheid, gezondheid en duurzame inzetbaarheid van medewerkers te waarborgen? Komen die tegemoet aan de eisen van de nieuwe Arbowet? In het basiscontract moet in ieder geval staan (i) dat de bedrijfsarts toegang heeft tot elke werkplek, (ii) wat de procedures zijn voor het uitvoeren van taken door de arbodienstverlener of bedrijfsarts, (iii) hoe de toegang tot de bedrijfsarts en het overleg met de preventiemedewerker en instemmingsorgaan zijn geregeld, (iv) op welke manier werknemers hun recht op een second opinion kunnen inzetten, (v) hoe klachtenprocedures werken en(vi) hoe de bedrijfsarts omgaat met beroepsziekten. Als gezegd geeft de nieuwe wet meer gewicht aan preventie en zal er dus op toezien dat werkgevers de afspraken, zoals hierboven genoemd, naleven.

Over wat voor boetes hebben we het precies?

Boetes omtrent het basiscontract

  • Geen basiscontract:€ 1.500,– (kan direct worden opgelegd)
  • Basiscontract niet compleet:€ 750,–
  • Adviseren van de werkgever over de begeleiding van werknemers die door ziekte niet kunnen werken niet opnemen in basiscontract:€ 750,–
  • De werkwijze van de bedrijfsarts is niet opgenomen in het basiscontract:€ 1.500,–

Boetes omtrent preventiemedewerkers

  • Niet laten bijstaan door één of meer deskundige werknemers (preventiemedewerkers):€ 1.500,–

Boetes omtrent open spreekuur

  • Werknemers niet actief wijzen op de mogelijkheid tot een open spreekuur:€ 1.500,–

Boetes omtrent uitbreiding rol van de bedrijfsarts

  • Geen doeltreffende toegang tot de bedrijfsarts:€ 1.500,–
  • Bedrijfsarts heeft geen mogelijkheid de werkplek te bezoeken:€ 1.500,–
  • Niet verzenden afschrift van advies aan belanghebbende werknemers wanneer een ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging mist:€ 340,–

Boetes omtrent second opinion

  • Geen mogelijkheid tot second opinion:€ 1.500,–
  • Het niet juist ter beschikking stellen van de second opinion:€ 750,–