Roi Banet is sinds 2013 verbonden aan Eisenmann & Ravestijn Advocaten en is hoofd van de sectie Migratie- en Nationaliteitsrecht van het kantoor. Hij heeft talloze (internationale) particulieren, ondernemers, startups, bedrijven en (overheids)organisaties geadviseerd en bijgestaan in het kader van de meest gecompliceerde vraagstukken op het gebied van het (zakelijke) migratierecht en het nationaliteitsrecht in de meest brede zin van het woord. Na een bijdrage van Banet aan een onderzoek van de Nationale Ombudsman in 2016 kwalificeerde laatstgenoemde het kantoor als ‘zeer actief in nationaliteitszaken’.
Banet heeft in zijn relatief korte carrière ook buiten zijn hoofdpraktijken verscheidene specialistische en omvangrijke zaken behandeld. In 2014 en 2015 stond hij het bestuur van de Lekstraatsynagoge te Amsterdam met succes bij toen de synagoge om veiligheidsredenen dreigde te worden gesloten. In 2015 nam hij deel aan de historische handelsmissie van de wijlen burgemeester van Amsterdam Eberhard van der Laan in Israël en de Palestijnse gebieden als juridisch adviseur voor startups. In 2016 stond hij een internationaal investeringsmaatschappij met succes bij in de aankoop en ontwikkeling van een grootschalig pand tot een startup incubator. In datzelfde jaar werkte hij mee aan de totstandkoming van het ‘Rapport Verlies Nederlanderschap’ van de Nationale Ombudsman. Tussen 2017 en 2019 stond hij samen met kantoorgenoot Van Hezik de Israëlische kunstenares Ma’ayan Pesach met succes bij in ‘De Eindhovense kunstzaak’. Tussen 2018 en 2020 stond hij een top 40-artiest met succes bij in een zeer gevoelige familiezaak. In 2019 adviseerde hij een aantal buitenlandse families met succes in een restitutieprocedure van een kunstvoorwerp uit een museum, naar aanleiding van een door de Adviescommissie Restitutieverzoeken Cultuurgoederen en Tweede Wereldoorlog uitgebracht advies. In 2020 adviseerde hij een deelnemer van het televisieprogramma The Voice of Holland met succes in de onderhandelingen over de deelname aan het programma. In datzelfde jaar werkte hij in opdracht van de Raad van Toezicht van de Nederlands Israëlitische Hoofdsynagoge (NIHS) mee aan de totstandkoming van een advies over de te wijzigen statuten van de Nederlands Israëlitische Instelling voor Sociale Arbeid (NIISA). In datzelfde jaar werkte hij in opdracht van de rabbinale rechtbank van de Nederlands Israëlitische Hoofdsynagoge (NIHS) mee aan de totstandkoming van een rapport over het wetsvoorstel ‘Tegengaan huwelijkse gevangenschap’. In datzelfde jaar adviseerde hij het bestuur van de synagoge te Bergen op Zoom met succes toen de synagoge dreigde te worden verkocht. Sinds 2016 staat hij nabestaanden van vervolgingsslachtoffers bij in diverse complexe en langdurige procedures in het kader van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv).
Buiten de juridische praktijk is Banet actief als bestuurder en toezichthouder. Hij is voorzitter van het bestuur van de historische Lekstraatsynagoge te Amsterdam. Tevens is hij vicevoorzitter van de Raad van Toezicht van de Nederlands Israëlitische Hoofdsynagoge (NIHS) te Amsterdam.
Banet is afgestudeerd aan het prestigieuze Gateshead Talmudical College te Gateshead, Verenigd Koninkrijk en aan het befaamde Brisk Talmudical College – door de Israëlische krant ‘Haaretz’ ”Harvard’ of the Haredim’ en ‘the most exclusive yeshiva in the world’ genoemd – te Jeruzalem, Israël. Tijdens zijn opleiding aan het Gateshead Talmudical College maakte hij deel uit van een geselecteerde groep van studenten die dagelijks een belangrijk deel van de dag samen met de rector magnificus van het College studeerden en inhoudelijke bijdragen leverden aan zijn publicaties. Van zijn jaar is hij vervolgens als enige aangenomen op het Brisk Talmudical College. Tijdens deze opleidingen specialiseerde hij zich onder meer in het Hebreeuwse recht en in de Hebreeuwse filosofie. Tijdens zijn daaropvolgende opleiding Rechtsgeleerdheid aan de Open Universiteit te Amsterdam volgde hij tevens aanvullende (externe) opleidingen en cursussen op het gebied van het bestuursrecht in het algemeen en van het migratierecht en het nationaliteitsrecht in het bijzonder.
Hij spreekt en schrijft vloeiend Nederlands, Engels, en Hebreeuws.